Home

Financiën

Inleiding
In de Programmabegroting 2022-2025 is gekozen om te blijven investeren in de opgaven en uitdagingen van Ede en daarbij de goede basis voor onze inwoners te behouden. Hierbij rekening houdend met ons financieel meerjarenperspectief dat zich kenmerkt door incidentele ruimte en structurele krapte. Met name rondom het “ravijn” in 2026 en verder bestaat nog grote onzekerheid. In 2022 is nog geen zicht gekomen op verbeteringen en/of oplossingen.

In de loop van 2022 is het nieuwe college aan de slag gegaan met het bestuursakkoord “Samen werken aan de toekomst”.  Hierin zijn de plannen voor de bestuursperiode 2022-2026 uitgewerkt. In lijn met een goede Edese traditie realiseren we onze ambities binnen een duurzaam financieel perspectief. Ten tijde van het aantreden van het nieuwe college was de begroting 2022 al een feit. De eerste echte vertaling van het bestuursakkoord heeft daarmee plaatsgevonden bij de Programmabegroting 2023-2026. In de loop van 2022 zijn bij de Voorjaarbrief 2023-2026 nog wel enkele noodzakelijk knelpunten opgelost. Knelpunten die onder meer zijn ontstaan als gevolg van de in 2022 toegenomen financiële onzekerheid. Economische factoren als oplopende inflatie, meer dan gemiddelde prijsstijgingen in de bouw en energiesector, opwaartse renteontwikkeling en de voortdurende krapte op de arbeidsmarkt hebben een grote weerslag op Edese begroting en onze inwoners. Vooral inwoners met een laag inkomen en een slecht geïsoleerde woning kwamen financieel in de knel. We ondersteunden afgelopen jaar 4.300 huishoudens met een energietoeslag.

De Russische inval in Oekraïne heeft een grote invloed gehad op bovengenoemde financiële onzekerheid. De oorlog heeft naast de financiële effecten in Europa ook geleid tot een grote stroom van vluchtelingen uit Oekraïne. Veel Edese inwoners hebben de helpende hand geboden, zowel in de noodopvang in Harskamp als bij particulieren.

Resultaat
Het jaar 2022 is administratief afgesloten met een voordeel van € 15,2 miljoen. Rekening houdend met de voorgestelde resultaatbestemmingen, eindigen we met een netto resultaat van € 4,6 miljoen dat wordt toegevoegd aan de Algemene reserve. Wanneer wordt afgezien van de incidentele nadelen uit grondexploitaties van € 4,1 miljoen, komt het netto resultaat uit op € 8,7 miljoen voordeel op een begrotingstotaal van circa € 450 miljoen.
Het netto resultaat is ten opzichte van de actualisatie (€ 3,0 miljoen voordeel) met € 1,6 miljoen toegenomen. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de actualisatie zijn het resultaat op grondexploitaties (€ 6,1 miljoen nadeliger), Algemene uitkering (€ 3 miljoen voordeliger) en middelen Energietoeslag (€ 2,4 miljoen voordeliger).

Het resultaat van € 15,2 miljoen is opgebouwd uit een veelheid van voor- en nadelen. Een aantal grotere of opvallende posten lichten wij hieronder toe. In hoofdstuk 3.2 treft u meer gedetailleerde specificaties.

Grondexploitaties
Met name als gevolg van actualisatie van de voorziening negatieve plannen sluit de grondexploitatie af met een negatief resultaat van € 4,1 miljoen ten opzichte van de begroting. Ten opzichte van de actualisatie bij de Programmabegroting 2023-2026 zien we een forse verslechtering van de grondexploitatie WFC, vooral vanwege conjuncturele ontwikkelingen. Zo blijft de inflatie onverminderd hoog, zien we een stijgende marktrente en zorgen stijgende bouwkosten en dalende VON-prijzen voor druk op de grondprijs.

Opvang ontheemden uit Oekraïne
Voor de opvang van ontheemden uit Oekraïne in 2022 heeft de gemeente een specifieke uitkering aangevraagd. Voor de gemeentelijke opvang ontvangt de gemeente een normbedrag als compensatie voor de kosten die worden gemaakt. De grootste componenten van het normbedrag zijn accommodatie (huur), beveiliging en catering. Mede vanwege de toezegging van Defensie om geen huisvestingskosten (huur, energie en schoonmaak) in rekening te brengen ontstaat een voordeel van € 6,9 miljoen. Voorgesteld wordt dit voordeel beschikbaar te houden voor de opvang van vluchtelingen door de middelen toe te voegen aan een nieuw in te stellen Bestemmingsreserve Opvang en begeleiding specifieke doelgroepen.

Aanvullende inkomensvoorziening - energietoeslag
In 2022 heeft het Rijk middelen beschikbaar gesteld voor uitvoering en uitkering van de energietoeslag voor reguliere huishoudens. Hoewel Ede de doelgroep heeft opgerekt naar 130% van de bijstandsnorm blijft op dit budget een bedrag van € 2,5 miljoen over. Het college heeft besloten om, naast reguliere huishoudens, studenten in aanmerking te laten komen voor een energietoeslag. Dekking hiervan is voorzien in het voordeel op de energietoeslag voor reguliere huishoudens. Op basis van de binnengekomen aanvragen wordt voorgesteld een bedrag van € 92.000 over te hevelen naar 2023.

Jeugdhulp (inclusief impact woonplaatsbeginsel)
De groei van zorg in natura die we in 2021 al zagen heeft ook in 2022 doorgezet. Dit komt met name tot uitdrukking bij de ambulante Jeugdhulp op de zorgproducten Begeleiding en Groep. Waar we vooral bij begeleiding een stijging van het aantal cliënten zien. Daarnaast vallen de kosten van nagekomen zorgfacturen uit 2021 hoger uit dan geraamd in de Programmarekening 2021. Per saldo resulteert dit in een nadeel van € 1,9 miljoen. Daarnaast leidt de verschuiving van het woonplaatsbeginsel Voogdij 18+ tot een nadeel van € 900.000.

Implementatie Omgevingswet
Gemeente Ede heeft bijdragen van het Rijk ontvangen ter hoogte van € 1,2 miljoen ter dekking van de transitiekosten die gemeenten hebben gemaakt in aanloop naar de invoering van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen. Omdat deze middelen een compensatie betreft van kosten die Ede eerder heeft gemaakt ten laste van de algemene middelen, kunnen deze middelen nu vrijvallen.

Algemene uitkering
Het resultaat op de algemene uitkering is € 6,8 miljoen voordelig. Dit is voor een belangrijk deel te herleiden tot de extra middelen uit de decembercirculaire 2022 en een gedane reservering bij de meicirculaire 2022. Voor een bedrag van € 1,8 miljoen wordt voorgesteld om middelen over te hevelen naar 2023 in verband met taakmutaties.

Reserve Steun en Herstel Corona
Zoals in de paragraaf Gevolgen Corona wordt vermeld ronden we de Herstelagenda en overige activiteiten in de loop van 2023 af. Op basis van de huidige inzichten kunnen we nu € 1,5 miljoen vrij laten vallen. Het betreft onder meer de resterende middelen voor de TONK-regeling en de ontvangen middelen voor schuldenbeleid.

Resultaatbestemmingsvoorstellen
In totaal wordt een bedrag van € 10,6 miljoen aan resultaatbestemmingsvoorstellen voorgelegd. Voor € 2.9 miljoen gaat het om voorstellen om bedragen toe te voegen aan de Reserve Overlopende Verplichtingen. Dit betreft middelen die, om uiteenlopende redenen, in 2022 niet zijn uitgeven en waar het voor de hand ligt dit budget door te schuiven naar 2023. Naast het doorschuiven van middelen naar 2023 wordt voorgesteld een drietal resultaten toe te voegen aan specifieke reserves. We stellen voor een bedrag van € 507.000 toe te voegen aan de Reserve Kunst en Cultuur - Ontwikkelfonds; een bedrag van € 249.000 toe te voegen aan de Reserve Investeringsfonds Impuls Ede en een bedrag van € 6,9 miljoen toe te voegen aan een nieuw in te stellen bestemmingsreserve Opvang en begeleiding specifieke doelgroepen (zie bijlage 1a).  In het eerste geval gaat het om een reservering voor de investering Artbase Ede. De toevoeging aan de Reserve Investeringsfonds Impuls Ede wordt gedaan om het volledige subsidiebedrag voor de stichting WFC Experience gedekt te houden. De dotatie van € 6,9 miljoen aan de Bestemmingsreserve Opvang en begeleiding specifieke doelgroepen wordt voorgesteld om de resterende middelen op opvang Ontheemden Oekraïne (breed) inzetbaar te houden om snel te kunnen anticiperen op opvangvraagstukken zoals een noodopvang of andere vormen van huisvesting van eigen inwoners en/of personen van buiten de gemeente.

Het resultaat is incidenteel van aard
De resultaten hebben een incidenteel karakter. Hiermee bedoelen we dat deze geen structurele doorwerking hebben op de lopende begroting 2023 en de meerjarenramingen.

Algemene reserve en eigen vermogen
De Algemene Reserve staat na resultaatbestemming op € 64,8 miljoen. Dit is € 9,8 miljoen hoger dan de laatste stand die is afgegeven in de Programmabegroting 2023-2026. De stand van de Algemene Reserve bevindt zich ver boven het minimum van € 10 miljoen.

Eigen vermogen

Bedragen x € 1 miljoen

Omschrijving

01-01-2022

31-12-2022 voor resultaat-
bestemming

31-12-2022
Na resultaat-
bestemming

Algemene reserve

45,6

60,2

64,8

Bedrijfsmiddelenreserves

11,3

12,5

12,5

Egalisatiereserves

23,2

22,9

22,9

Bestemmingsreserves

74,6

59,6

70,2

Totaal

154,6

155,2

170,4

De toename van de Algemene Reserve in de tabel is met name te verklaren door de doorwerking van extra middelen in de algemene uitkering waarvoor geen nieuw beleid is opgesteld.

Het bedrag van € 22,9 miljoen aan egalisatiereserves kapitaallasten betreft bijdragen die zijn gereserveerd ten behoeve van dekking van toekomstige afschrijving en rente.

Een aantal omvangrijke mutaties in de bestemmingsreserves:

  • Resultaatbestemmingen Programmarekening 2022   € 10,6 miljoen
  • Besteding Reserve Overlopende Verplichtingen (van 2021 naar 2022)   -/- € 1,4 miljoen
  • Toevoeging aan Reserve Arbeidsmarkt Regio Foodvalley*   € 0,8 miljoen
  • Toevoeging aan Reserve Opvang Beschermd Wonen*   € 2,3 miljoen
  • Onttrekkingen i.v.m. voortgang werk Spoorzone Ede/Parklaan   -/- € 13,0 miljoen
  • Besteding Reserve Steun- en Herstel Corona   -/- € 1,5 miljoen
  • Vrijval Reserve Steun- en Herstel Corona   -/- € 1,5 miljoen

* Betreft centrumgemeentelijke reserves waarvoor Ede de kassierfunctie uitvoert.

Financiële positie
Twee begrippen staan centraal in een beschrijving van de financiële positie: weerbaarheid en wendbaarheid. Met weerbaarheid bedoelen we dat we risico’s op kunnen vangen als deze zich voordoen, zonder dat het beleid meteen hoeft te worden aangepast. Met wendbaarheid bedoelen we dat we onze begroting niet volledig in beton gegoten willen hebben. In de kern is dit het vermogen om met uitgaven te kunnen stoppen zonder dat dit leidt tot bezuinigingen of ombuigingen. Het is overigens een illusie om te veronderstellen dat we de financiële positie van de gemeente perfect ‘smart’ kunnen maken en kunnen uitdrukken in een rapportcijfer.

Weerbaarheid van de begroting

Kengetallen

Bedragen x € 1 miljoen

Ratio weerstandsvermogen,
reeks staat in tijdsvolgorde

PB 2021

R 2020

B 2022

PR 2021

PB 2023

PR 2022

Norm  

A. Beschikbare buffers

45

50

60

64

81

94

B. Nodig voor opvangen risico's

39

31

20

19

20

23

Ratio (A/B)

1,2

1,6

3,1

3,3

4,0

4,0

> 0,8 

PR = programmarekening, PB = programmabegroting

Bedragen x € 1 miljoen

Algemene reserve 31-12

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

2026

Programmarekening

21

20

26

46

65

Prognose begroting 2023-2026 *

56

54

54

32

Norm: Bodem van € 10 miljoen in het laatste jaar van het meerjarenperspectief

* Prognose begroting 2023-2026 is gecorrigeerd voor resultaat 2022

Met 4,0 is de integrale ratio weerstandsvermogen uitstekend. De ratio is gelijk gebleven aan de waarde in de Programmabegroting 2023-2026. Dit wordt verklaard doordat zowel de beschikbare weerstandscapaciteit als benodigde weerstandscapaciteit zijn toegenomen. De toename van de weerstandsratio tussen Programmabegroting 2022-2025 en de Programmarekening wordt met name veroorzaakt door een sterke toename van de beschikbare weerstandscapaciteit. Hoewel de indicatoren voor 2022 goed scoren zit het venijn in de jaren 2026 en verder. Op het moment dat de rijksinkomsten uit het gemeentefonds niet gerepareerd worden, dan kunnen onze buffers nog maximaal één keer zo’n groot negatief resultaat als 2026 opvangen en zijn ombuigingen noodzakelijk. Vandaar de benodigde alertheid om de ontwikkelingen op de voet te blijven volgen en waar nodig bij te sturen.

Wendbaarheid van de begroting

Kengetallen

In %

Omschrijving

PR 2021

PB 2022

PR 2022

PB 2023

MJB 2024

MJB 2025

MJB 2026

Norm

Netto schuldquote

41%

60%

38%

51%

66%

73%

68%

Gecorrigeerde netto schuldquote

27%

45%

26%

37%

52%

60%

53%

< 100

Solvabiliteitsratio

32%

28%

33%

29%

29%

29%

32%

> 20

Structurele exploitatieruimte

3%

2%

10%

4%

3%

4%

-3%

> 0 in laatste jaarschijf meerjaren-perspectief

Grondexploitatie

18%

25%

18%

18%

15%

15%

13%

Belastingcapaciteit

85%

85%

82%

86%

86%

86%

86%

De kengetallen ontwikkelen zich gunstig ten opzichte van de stand bij de Programmarekening 2021 en de Programmabegroting 2022-2025. De (gecorrigeerde) schuldquote is afgenomen. Dit volgt zowel uit een stijging van de gerealiseerde baten als een daling van de openstaande schulden. De toename van het eigen vermogen zorgt voor een betere solvabiliteitsratio.

De exploitatieruimte in de Programmarekening 2022 komt uit op 10%. We voldoen niet aan de vereiste om in de laatste jaarschijf van ons meerjarenbeeld een structurele exploitatieruimte te presenteren die groter is dan 0. Een achterliggende reden is dat in 2026 de rijksinkomsten fors teruglopen. Voor de kortere termijn is deze indicator wel positief.

Voor de grondexploitatie is geen normwaarde vastgesteld.  We zien hier het gevolg van de in eerdere documenten genoemde lijn dat lopende projecten worden afgewikkeld waardoor de boekwaarde van de gronden in exploitatie verder afneemt. Afhankelijk van de wijze waarop Ede de woningbouwopgave en vraag naar bedrijventerreinen oppakt, gaat dit kengetal in de toekomst zeer waarschijnlijk stijgen en zo meer beslag legt op de wendbaarheid.

De betekenis van de daling van het kengetal Belastingcapaciteit is dat de lokale lasten in Nederland gemiddeld harder stijgen dan die in Ede. De inwoner van Ede is relatief goedkoper uit dan de gemiddelde inwoner elders in het land. Met 82% zitten we onder de in het bestuursakkoord afgesproken ondergrens van 85%. Zolang de Edese woonlasten de komende jaren niet harder stijgen dan de landelijke woonlasten is het de verwachting dat de lagere belastingcapaciteit zich zal doorvertalen voor jaren 2023 en verder.

Resumé
De financiële positie is stabiel en ontwikkelt zich in de goede richting. De buffers zijn voldoende om risico’s op te kunnen vangen mochten deze zich onverhoopt voordoen. De wendbaarheid van de begroting blijft onverkort en aandachtspunt. Van jaar tot jaar vraagt het een behoorlijke inspanning om de touwtjes aan elkaar te knopen teneinde een (meerjarig) sluitende begroting voor te leggen. Zeker met het naderende ravijnjaar 2026.

Deze pagina is gebouwd op 05/30/2023 10:55:04 met de export van 05/24/2023 08:49:11